de foto van zijn moeder is kostbaar bezit
maar zo klein tussen de kartels
hij heeft brood gegeven aan de man
met het potlood en de scherpe blik
die boog zich over haar ogen, wangen
neus en mond. hij zag hoe de hand bewoog
over het grauwe papier, hoe de huid
begon te leven in glanzend grijs
zij zou kunnen ademen en zingen
en hij zou bij haar willen zitten
op een houten krukje
licht wiegend op de melodie
de man vroeg meer brood om de vrouw
met zijn vingers te voeden
inmiddels fronst ze onder de gore sloop
de vouwen in haar zachte gezicht